Skip to main content

Algemene voorwaarden

De Limburgse Werkgevers Vereniging heeft als doel om een uitstekend vestigingsklimaat te creëren voor ondernemers in Limburg. Werkgevers hebben steeds meer moeite met het invullen van vacatures en onderwijsinstellingen krijgen nog altijd te horen dat ze onvoldoende aansluiten op de actuele vraag. De LWV zet zich daarom samen met VNO-NCW in om hier iets aan te doen en antwoorden te verkrijgen op vragen van werkgevers.

BEGRIPSBEPALINGEN

In deze statuten wordt verstaan onder:
Algemene vergadering: het orgaan van de vereniging dat wordt gevormd door
stemgerechtigde leden van de vereniging;
Bestuur: het algemeen bestuur van de vereniging;
Dagelijks bestuur: het orgaan van de vereniging dat wordt gevormd door de
voorzitter, de vice-voorzitters, kringvoorzitters en de penningmeester van de
vereniging;
Schriftelijk: bij brief, fax of e-mail, of bij boodschap die via een ander gangbaar
communicatiemiddel wordt overgebracht en elektronisch of op schrift kan
worden ontvangen mits de identiteit van de verzender met afdoende
zekerheid kan worden vastgesteld;
Statuten: de statuten van de vereniging;
Vereniging: de rechtspersoon waarop de statuten betrekking hebben.

NAAM EN ZETEL

Artikel 1
De vereniging draagt de naam: “Limburgse Werkgeversvereniging”, bij afkorting
genaamd: “LWV”.
Zij heeft haar zetel te Roermond.

DOEL

Artikel 2
De vereniging heeft tot doel om vanuit een christelijke visie op mens en
maatschappij:
a. de belangen te behartigen van het Limburgse bedrijfsleven in het algemeen
en van de leden der vereniging in het bijzonder;
b. bij te dragen tot een rechtvaardige sociaal-economische orde, waarbij aan de
voortbrenging door de onderneming een centrale plaats wordt toegekend.
Artikel 3
De vereniging tracht haar doel te bereiken door:
a. samenwerking met en lidmaatschap van landelijke werkgeversorganisaties;
b. de op haar doelstellingen gebaseerde studie der sociaal-economische
vraagstukken;
c. de voorlichting, scholing en vorming der leden;
d. het uitdragen van ingenomen standpunten overal waar het doel van de
vereniging dat wenselijk maakt;
e. een goede samenwerking met andere werkgevers- en/of
werknemersorganisaties en met andere maatschappelijke organisaties;
f. de vertegenwoordiging in colleges en organen, welke zich met de belangen
van werkgevers en/of werknemers bezighouden;
g. alle andere wettige middelen die voor het doel van de vereniging bevorderlijk
zijn.

LEDENCATEGORIEËN

Artikel 4
De vereniging kent de volgende ledencategorieën:
a. ondernemingsleden;
b. buitengewone leden;
c. ereleden.
LEDEN
Artikel 5
1. Tot ondernemingsleden van de vereniging kunnen worden toegelaten
rechtspersonen actief op het gebied van productie, distributie,
dienstverlening, zorg en onderwijs, welke gevestigd zijn in de provincie
Limburg.
2. Een ondernemingslid wijst een natuurlijke persoon aan om het lidmaatschap
uit te oefenen. Deze natuurlijke persoon dient belast of mede belast te zijn
met het management, de directie dan wel de leiding van de onderneming of
organisatie. Een ondernemingslid kan meerdere lidmaatschappen aangaan,
uit te oefenen door verschillende natuurlijke personen. Het dagelijks bestuur
kan een maximum verbinden aan het aantal lidmaatschappen dat een
ondernemingslid kan aangaan.
3. De onder lid 2 bedoelde persoon of personen brengen ieder namens het
ondernemingslid een stem uit in de algemene vergadering.

BUITENGEWONE LEDEN

Artikel 6
Tot buitengewone leden van de vereniging kunnen worden toegelaten natuurlijke
personen wier positie het dagelijks bestuur aanleiding geeft hen als zodanig uit te
nodigen. Buitengewone leden hebben stemrecht in de algemene vergadering.

ERELEDEN

Artikel 7
Ereleden zijn natuurlijke personen, die op grond van hun buitengewone verdiensten
voor de vereniging als zodanig door de voorzitter zijn geïnstalleerd, op voordracht
van het dagelijks bestuur, of tenminste twee procent (2%) van het aantal
stemgerechtigde leden, en wel na bekrachtiging door een besluit van de algemene
vergadering.
TOELATING TOT HET LIDMAATSCHAP
Artikel 8
Over toelating tot het lidmaatschap van de vereniging als ondernemingslid of
buitengewoon lid beslist het dagelijks bestuur. Bij weigering staat beroep op de
algemene vergadering open.
RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN DE LEDEN
Artikel 9
De ondernemingsleden, buitengewone leden en ereleden hebben de rechten en
verplichtingen die voor hen voortvloeien uit de statuten, reglementen en de in
overeenstemming daarmee door het bestuur of de algemene vergadering genomen
besluiten.
EINDE VAN HET LIDMAATSCHAP
Artikel 10
1. Het ondernemingslidmaatschap van de vereniging eindigt:
a. door ontbinding van de rechtspersoon die lid is van de vereniging;
b. door opzegging door het ondernemingslid;
c. door opzegging namens de vereniging.
2. Het buitengewoon lidmaatschap of erelidmaatschap van de vereniging eindigt
door:
a. het overlijden van het lid;
b. opzegging door het lid;
c. opzegging namens de vereniging;
d. ontzetting.
3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts schriftelijk
geschieden en wel tenminste drie maanden vóór het einde van het jaar.
4. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur, wanneer het
lid, na daartoe schriftelijk te zijn aangemaand, niet voldoet aan zijn geldelijke
verplichtingen tegenover de vereniging, voorts wanneer het lid heeft
opgehouden te voldoen aan de vereisten door de statuten voor het
lidmaatschap gesteld, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet
gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
5. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een
lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging
handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. De ontzetting
geschiedt door een besluit van het dagelijks bestuur, genomen in een
vergadering waarin tenminste twee/derde van het aantal leden van het
dagelijks bestuur aanwezig is, met een meerderheid van twee/derde der
geldig uitgebrachte stemmen.
6. Het dagelijks bestuur is bevoegd om een lid te schorsen voor een periode van
ten hoogste drie maanden in de gevallen genoemd in lid 4 van dit artikel,
indien het dagelijks bestuur niet voldoende termen aanwezig acht om tot
ontzetting over te gaan. Gedurende de schorsing kan het betrokken lid geen
van zijn lidmaatschapsrechten uitoefenen.
7. Bij opzegging namens de vereniging en bij ontzetting uit het lidmaatschap zal
betrokkene ten spoedigste – in ieder geval binnen een week nadat de
ontzetting of het besluit is uitgesproken – schriftelijk van het besluit in kennis
worden gesteld, onder gelijktijdige opgave van de motivatie van het genomen
besluit.
Binnen een maand na ontvangst van de kennisgeving van het besluit tot
ontzetting staat voor het betrokken lid beroep open op de algemene
vergadering.
Maakt het lid gebruik van zijn recht op beroep dan is het dagelijks bestuur
verplicht een algemene vergadering uit te schrijven, te houden binnen twee
maanden na ontvangst van het beroepschrift. Wordt hieraan binnen de
gestelde termijn niet voldaan, dan vervalt automatisch de ontzetting.
Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft
desalniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel verschuldigd, tenzij het
dagelijks bestuur anders besluit.
9. De vereniging draagt er zorg voor dat de leden de informatie over opzegging
van het lidmaatschap op eenvoudige wijze kunnen raadplegen.
ALGEMENE VERGADERING
Artikel 11
1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe
die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.
2. a. Jaarlijks wordt tenminste één algemene vergadering (jaarvergadering)
gehouden, zoals hierna bepaald.
b. Alle leden, buitengewone leden en ereleden hebben toegang tot de
algemene vergadering, tenzij een lid geschorst is.
3. Voorts worden algemene vergaderingen gehouden zo dikwijls het dagelijks
bestuur zulks wenselijk oordeelt, dan wel wanneer twee procent (2%) van het
aantal stemgerechtigde leden van de vereniging een schriftelijk en met
redenen omkleed verzoek daartoe bij het dagelijks bestuur indient.
Het dagelijks bestuur is alsdan verplicht binnen vier weken na ontvangst van
dit verzoek een algemene vergadering bijeen te roepen terwijl bij gebreke
hiervan de verzoekers bevoegd zijn zelf tot die bijeenroeping over te gaan.
4. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het dagelijks
bestuur, met inachtneming van een termijn van veertien dagen, dag van
oproeping en vergadering niet meegerekend.
De bijeenroeping geschiedt schriftelijk onder meezending van de agenda aan
de adressen vermeld in het ledenregister.
5. De algemene vergadering heeft tot taak:
a. bespreking, goedkeuring en vaststelling van de hoofdlijnen van het
verenigingsbeleid;
b. goedkeuring van het verenigingsbeleid naar aanleiding van het
jaarverslag der vereniging;
c. goedkeuring van de rekening en verantwoording over het afgelopen
boekjaar ter decharge van het bestuur;
d. vaststelling van de begroting;
e. vaststelling van de contributienormen;
f. verkiezing van het bestuur voor zover de betreffende bestuurszetels
niet qualitate qua worden bezet;
g. benoeming en decharge van een kascommissie, tenzij lid 9.a. van dit
artikel toepasselijk is.
6. De algemene vergadering is gerechtigd bepaalde bevoegdheden haar
toekomende aan anderen te delegeren.
7. Van het ter algemene vergadering verhandelde worden notulen gehouden,
waarvoor het bestuur zorgdraagt.
De notulen worden op dezelfde dag of op de eerstvolgende algemene
vergadering wel of niet gewijzigd vastgesteld en terstond daarna door de
voorzitter en een lid van het dagelijks bestuur ondertekend.
8. Binnen zes maanden na afloop van elk boekjaar, dat samenvalt met het
kalenderjaar, wordt een algemene vergadering (jaarvergadering) gehouden,
behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering.
Het bestuur is verplicht aan deze vergadering zijn jaarverslag uit te brengen
en, onder overlegging van de nodige bescheiden, rekening en verantwoording
te doen van zijn in het afgelopen verenigingsjaar gevoerd beleid.
De balans en de staat van baten en lasten met een toelichting worden
ondertekend door de bestuurders. Ontbreekt de ondertekening van een of
meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding
gemaakt.
9. a. Voor het geval aan de algemene vergadering omtrent de getrouwheid
van de stukken niet een verklaring wordt overlegd afkomstig van een
accountant als bedoeld in de wet, benoemt de algemene vergadering
een commissie van tenminste twee leden die geen deel mogen
uitmaken van het bestuur, welke commissie de rekening en
verantwoording van het bestuur onderzoekt en van haar bevindingen
verslag aan de vergadering uitbrengt.
De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene
vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van
een andere commissie.
b. Het bestuur is verplicht ter jaarvergadering alle door voormelde
commissie, gewenste inlichtingen te verschaffen en desverlangd de kas
en de waarden der vereniging te tonen en inzage te geven van de
boeken en bescheiden der vereniging.
STEMRECHT IN DE ALGEMENE VERGADERING
Artikel 12
1. Elk der leden, buitengewone leden en ereleden, die niet geschorst zijn, heeft
het recht ter vergadering één stem uit te brengen.
2. Ten aanzien van onderwerpen, op de agenda vermeld, kunnen slechts
geldige besluiten worden genomen met volstrekte meerderheid van stemmen.
3. Alle stemmen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter of één van de leden
van de vereniging schriftelijke stemming verlangt.
4. Is bij een stemming over personen de volstrekte meerderheid bij eerste
stemming niet verkregen, dan heeft een tweede vrije stemming plaats.
Wanneer ook deze geen volstrekte meerderheid oplevert, wordt herstemming
gehouden tussen het dubbeltal dat bij de tweede vrije stemming de meeste
stemmen op zich heeft verenigd of hebben meer personen de meeste, doch
evenveel stemmen verkregen tussen al deze personen en is hij die dan de
meeste stemmen verkrijgt, de benoemde. Staken de stemmen bij deze laatste
stemming, dan beslist het lot.
5. Bij staking van stemmen over een voorstel betreffende zaken is het voorstel
verworpen.
6. Blanco of anderszins ongeldige stemmen worden geacht niet te zijn
uitgebracht.
HET BESTUUR, TAAK, BENOEMING
Artikel 13
1. De vereniging kent een (algemeen) bestuur en een dagelijks bestuur. Het
(algemeen) bestuur wordt hierna ook “het bestuur” genoemd.
Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter, de voorzitters van elk der
kringen als bedoeld in artikel 21, de vice-voorzitters en de penningmeester.
Het algemeen bestuur bestaat uit de leden van het dagelijks bestuur, de
overige bestuursleden en bestaat uit ten minste vijf en ten hoogste
vijfentwintig leden.
2. Het bestuur is belast met het bestuur van de vereniging en de uitvoering van
de besluiten van de algemene vergadering en heeft hierbij onder meer tot
taak:
a. de bespreking van en de besluitvorming inzake het verenigingsbeleid;
b. het doen van voorstellen inzake de hoofdlijnen van dit beleid aan de
ledenvergadering;
c. de vaststelling van het jaarverslag;
d. het doen van voorstellen inzake de rekening en verantwoording en
begroting aan de ledenvergadering;
e. de aanwijzing van vertegenwoordigers van de vereniging in de
landelijke werkgeversorganisaties alsmede in alle andere colleges,
organen en commissies;
f. al datgene waarin door statuten en reglementen niet is voorzien.
3. Het dagelijks bestuur is belast met het dagelijks bestuur van de vereniging en
voert de aan haar op grond van de statuten toegekende of door het bestuur
gedelegeerde taken uit. Het dagelijks bestuur legt verantwoording af aan het
bestuur en aan de algemene vergadering;
Het bestuur is belast met het algemene bestuur van de vereniging en
controleert de uitvoering van de taken van het dagelijks bestuur.
4. De bestuursleden worden door de algemene vergadering uit de leden
benoemd, zulks met inachtneming van het in artikel 14 bepaalde.
De voorzitters van elk der kringen, zoals bedoeld in artikel 21, hebben
qualitate qua zitting in het dagelijks bestuur.
Slechts natuurlijke personen zijn tot bestuurder benoembaar.
5. De benoeming van bestuursleden geschiedt uit één of meer bindende
voordrachten, behoudens het bepaalde in lid 6. Tot het opmaken van zulk een
voordracht zijn bevoegd zowel het dagelijks bestuur als twee procent (2%)
van het aantal stemgerechtigde leden van de vereniging. De voordracht van
het dagelijks bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld.
Een voordracht, getekend door twee procent (2%) van bedoelde leden, moet
vóór aanvang van de vergadering schriftelijk bij het dagelijks bestuur worden
ingediend.
6. Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen, door een
met tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van
de algemene vergadering.
7. Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering
overeenkomstig het voorgaande lid de opgemaakte voordrachten het bindend
karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in de benoeming.
8. Indien er meer dan één bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit
die voordrachten.
9. Het dagelijks bestuur is bevoegd om personen, welke geen lid van de
vereniging behoeven te zijn, uit te nodigen om vergaderingen van het
(dagelijks) bestuur of van de vereniging bij te wonen.
10. Bestuursleden hebben zitting voor een tijdvak van vier jaar en treden af
volgens een nader bij huishoudelijk reglement vast te stellen rooster.
De maximale termijn waarvoor bestuurders kunnen worden herbenoemd
wordt bij huishoudelijk reglement geregeld.
Aftredende bestuursleden zijn terstond herkiesbaar.
11. Het bestuurslidmaatschap eindigt door:
a. overlijden;
b. beëindiging van het kringvoorzitterschap, voor wat betreft een voorzitter
van een kring;
c. opzegging door het bestuurslid;
d. periodiek aftreden, zonder opnieuw als bestuurslid benoemd te worden;
e. verklaring in staat van faillissement of het verlenen van surséance van
betaling;
f. onder curatelestelling;
g. ontslag door de algemene vergadering;
h. schorsing door de algemene vergadering. Een schorsing, die niet
binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt
door het verloop van de termijn.
12. Een (op)nieuw benoemd bestuurslid treedt niet vanzelf in de functie, zoals
bedoeld in artikel 14, welke het bestuurslid bekleedde, in wiens plaats hij
treedt. Op het rooster van aftreden neemt hij wel de plaats van zijn
voorganger in.
BESTUURSFUNCTIE, DAGELIJKS BESTUUR
Artikel 14
1. De voorzitter wordt op voordracht van het bestuur door de algemene
vergadering in functie benoemd.
2. Het bestuur kiest uit zijn midden twee of meerdere vice-voorzitters en de
penningmeester.
3. Voorzitter, vice-voorzitters, kringvoorzitters en penningmeester vormen
tezamen het dagelijks bestuur, hetwelk zorgdraagt voor de voorbereiding en
uitvoering van de besluiten van het bestuur.
STEMRECHT IN HET (DAGELIJKS) BESTUUR
Artikel 15
1. Het (dagelijks) bestuur besluit bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte
stemmen voor zover niet in deze statuten anders is voorzien en overigens op
dezelfde wijze als in artikel 12 bepaald.
Indien de stemmen staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
2. Elk der bestuursleden heeft het recht ter vergadering één stem uit te brengen.
DE VOORZITTER
Artikel 16
De voorzitter geeft leiding aan de vereniging en zit de vergaderingen voor. Bij zijn
afwezigheid of ontstentenis zal één der andere bestuursleden, aan te wijzen door
het bestuur, als leider en voorzitter van de vergadering optreden.
In alle geschillen omtrent stemmingen, of besluitvorming, beslist het dagelijks
bestuur.
DE PENNINGMEESTER
Artikel 17
De penningmeester is onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met het
beheer van de geldmiddelen van de vereniging.
Voor het beschikken over bank- en girosaldi is de handtekening van de
penningmeester en/of de directeur voldoende na door het dagelijks bestuur
verkregen schriftelijke machtiging, eventueel met nader bepaalde beperkingen en
tot een nader door het dagelijks bestuur vast te stellen maximum bedrag.
SECRETARIAAT / DIRECTEUR
Artikel 18
1. De vereniging kent een verenigingsbureau/secretariaat onder leiding van een
directeur.
2. De directeur leidt het bureau van de vereniging en is belast met de
coördinatie van de werkzaamheden van de medewerkers, met de leiding van
de dagelijkse gang van zaken van het bureau, het beheer van de
administraties en de algemene verslaglegging van de vereniging.
3. De directeur en de medewerkers van het verenigingsbureau worden
aangesteld, geschorst of ontslagen door het dagelijks bestuur.
Het dagelijks bestuur kan haar bevoegdheid voor aanstelling of ontslag van
secretariaatsmedewerkers delegeren.
4. De arbeidsvoorwaarden voor de directeur en de medewerkers van het
verenigingsbureau worden vastgesteld door het dagelijks bestuur, binnen de
kaders die VNO/NCW hiervoor stelt.
5. De directeur is ter zake van zijn werkzaamheden verantwoording schuldig
aan het dagelijks bestuur. Hij is verplicht het bestuur en dagelijks bestuur de
inlichtingen te verstrekken die hem ter zake van zijn werkzaamheden worden
verzocht.
6. De directeur is qualitate qua bevoegd tot het bijwonen van de vergaderingen
van het bestuur en van het dagelijks bestuur. Hij heeft aldaar een
adviserende stem.
GELDMIDDELEN
Artikel 19
De geldmiddelen van de vereniging worden verkregen uit contributies van de
aangesloten leden, alsmede uit andere bijdragen, renten en verdere inkomsten.
CONTRIBUTIES
Artikel 20
De contributies worden op voorstel van het dagelijks bestuur door de
ledenvergadering vastgesteld.
Het dagelijks bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen van de bestaande
contributieregeling af te wijken.
KRINGEN / KRINGVOORZITTER
Artikel 21
1. Met goedkeuring van het bestuur en zo nodig bij afzonderlijke kringreglement
door het bestuur in overleg met een kring vast te stellen, kunnen gewestelijke
of plaatselijke kringen worden opgericht, waartoe alle leden, die in dezelfde
streek of gemeente gevestigd zijn, behoren. Iedere kring heeft een voorzitter.
Indien een lid woonachtig is in een kring en zijn onderneming gevestigd is in
een andere kring wordt aan hem de keuze gelaten tot welke kring hij wenst te
behoren.
2. De kringen hebben tot taak:
a. de studie van de sociaal-economische vraagstukken;
b. de voorlichting, scholing en vorming der leden te bevorderen;
c. het onderling contact der leden te bevorderen.
3. De kringen trachten dit doel te bereiken door het houden van
kringvergaderingen, het organiseren van excursies en dergelijke.
4. De voorzitter van een kring wordt benoemd door het dagelijks bestuur, uit de
leden behorend tot de betreffende kring. De benoeming van een
kringvoorzitter geschiedt uit één of meer bindende voordrachten opgemaakt
door de leden van de kring. Tot het opmaken van zulk een voordracht zijn
bevoegd vijf procent (5%) van het aantal stemgerechtigde leden van de
betreffende kring. Een voordracht, getekend door vijf procent (5%) van
bedoelde kringleden, moet vóór aanvang van de vergadering van de
betreffende kring schriftelijk bij het dagelijks bestuur worden ingediend. Het
bepaalde in artikel 13 leden 6, 7 en 8 is van overeenkomstige toepassing.
VERTEGENWOORDIGING EN BESTUURSBEVOEGDHEID
Artikel 22
1. a. De vereniging wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door het
dagelijks bestuur;
b. Daarnaast wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd
door de voorzitter of twee gezamenlijk optredende leden van het
dagelijks bestuur.
2. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd
tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren
van registergoederen, tot het sluiten van overeenkomsten, waarbij de
vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor
een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een
derde verbindt.
Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden beroep
worden gedaan.
3. Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de algemene vergadering
voor besluiten tot:
a. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een
bankkrediet wordt verleend;
b. het aangaan van dadingen;
c. het optreden in rechte.
Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden geen
beroep worden gedaan.
4. a. Het (dagelijks) bestuur kan zich in de uitoefening van zijn taak doen
bijstaan door een of meerdere commissies en/of adviseurs en/of
personeelsleden.
b. Zij worden benoemd, geschorst en ontslagen door het dagelijks
bestuur, hetwelk tevens hun taak, werkwijze en beloning vaststelt en
regelt of en in hoeverre zij de vereniging kunnen verbinden, volgens
zonodig bij afzonderlijk door het dagelijks bestuur vast te stellen
reglement of door deze vast te stellen regels.
5. Het dagelijks bestuur is bevoegd een procuratieregeling op te stellen,
alsmede een vertegenwoordigingsvolmacht te verlenen aan de directeur van
de vereniging.
STATUTENWIJZIGING, ONTBINDING DER VERENIGING, VEREFFENING
Artikel 23
1. Wijziging van de statuten, danwel ontbinding van de vereniging, kan slechts
geschieden na een daartoe genomen besluit van de algemene vergadering,
waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de
statuten danwel ontbinding van de vereniging zal worden voorgesteld.
2. Een besluit als bedoeld in lid 1 van dit artikel, kan slechts genomen worden,
mits:
a. de vergadering met een oproepingstermijn van tenminste veertien
dagen speciaal hiertoe is bijeengeroepen;
b. het desbetreffende besluit wordt genomen met een meerderheid van
tenminste twee/derde van het aantal uitgebrachte geldige stemmen;
c. bij de oproeping is gevoegd een afschrift van het betreffende voorstel,
waarin de letterlijke tekst van dit voorstel is opgenomen.
3. Een besluit tot ontbinding wordt geacht tevens een besluit tot vereffening te
zijn. Indien bij zodanig besluit te dien aanzien geen andere regels zijn gesteld,
geschiedt de vereffening door het dagelijks bestuur.
4. Een eventueel batig saldo zal worden aangewend voor door de algemene
vergadering te bepalen zodanige doeleinden als het meest met het doel der
vereniging zullen overeenstemmen.
REGLEMENTEN
Artikel 24
1. De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement of andere
reglementen vaststellen.
2. Bedoelde reglementen zullen geen bepalingen mogen bevatten die afwijken
van, of in strijd zijn met de statuten of de bepalingen van de wet.
Artikel 25
In alle gevallen waarin de statuten niet voorzien, beslist de algemene vergadering.

Op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Schrijf je in voor de maandelijkse nieuwsbrief!